WW – Werkloosheidswet

Baan kwijtgeraakt? Dan kunt u terugvallen op een uitkering op basis van de werkloosheidswet.

De toekenning en duur van de WW-uitkering is afhankelijk van bepaalde criteria. Dit heeft voornamelijk te maken met uw arbeidsverleden en de wijze waarop het dienstverband is beëindigd.

Wekeneis

Een eerste criterium is de wekeneis. U dient in minimaal 26 van de 36 weken voordat u werkloos werd te hebben gewerkt. Hoeveel u in de desbetreffende weken heeft gewerkt is niet relevant. In principe is één uur voldoende. Om voor WW in aanmerking te komen dient u minimaal 5 werkuren per week te verliezen. Met een dienstverband van minder dan 5 uren per week komt u dus niet in aanmerking voor WW. Als u aan de wekeneis voldoet, heeft u in beginsel recht op een kortdurende uitkering van drie maanden.

Jareneis

Na de wekeneis wordt bekeken of u aan de jareneis voldoet. U voldoet hieraan als u van de 5 kalenderjaren voordat u werkloos werd ten minste 4 heeft gewerkt. U dient in die jaren dat u heeft gewerkt minimaal 208 uur aan loon hebben ontvangen. Het jaar waarin u werkloos werd telt hiervoor niet mee.

De lengte van uw WW is afhankelijk van uw arbeidsverleden. Over de eerste 10 jaren bouwt u per dienstjaar een maand WW op. Na 10 jaren is dat een halve maand per dienstjaar. De maximum duur van uw WW-uitkering wordt vanaf 1 januari 2016 tot en met 1 juli 2019 teruggebracht van 38 naar 24 maanden.

Verwijtbare werkloosheid

Het UWV toetst eveneens de wijze waarop de arbeidsovereenkomst is beëindigd. Een werknemer heeft namelijk geen recht op een WW-uitkering als er sprake is van verwijtbare werkloosheid. Een werknemer die bijvoorbeeld op staande voet ontslagen is vanwege (aantoonbare) diefstal, zal geen WW-uitkering worden toegekend. Ook als een werknemer zelf ontslag neemt, is er in principe geen recht op een WW-uitkering.

Vaststellingsovereenkomst

Met een vaststellingsovereenkomst kan een arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden worden beëindigd. Indien de overeenkomst correct is opgesteld, heeft u in principe recht op WW. Laat de vaststellingsovereenkomst dan ook altijd checken door een advocaat om problemen met de WW te voorkomen. Het is bijvoorbeeld van belang dat de juiste opzegtermijn in acht wordt genomen, omdat u anders het risico loopt dat uw WW-uitkering op een latere datum ingaat. In de tussenliggende periode heeft u ook geen recht op salaris omdat uw arbeidsovereenkomst immers geëindigd is.

Hoogte WW-uitkering

De hoogte van uw WW is de eerste 2 maanden 75% van uw laatst verdiende loon. Vanaf de derde maand tot het einde van uw uitkering is dit percentage 70%. Uw laatst verdiende loon is het gemiddelde daginkomen voordat u werkloos werd. Het zogenaamde ‘dagloon’. In beginsel wordt het gemiddelde dagloon over een jaar berekend. Is dit niet mogelijk, dan wordt een kortere periode gehanteerd. Het dagloon is momenteel beperkt tot een maximum van € 197,00.

Plichten

Gedurende de periode dat u een WW-uitkering ontvangt dient u zich aan bepaalde verplichtingen te houden. Bijvoorbeeld de sollicitatieplicht. In principe dient u gemiddeld vier keer per vier weken te solliciteren. Indien u niet aan uw sollicitatieplicht voldoet, wordt er een maatregel opgelegd. Dat betekent dat u een bepaalde periode wordt gekort op uw uitkering.
Ook is het van belang dat u meldt dat u op vakantie wilt, dat u ziek bent of dat u vrijwilligerswerk doet. Indien u het UWV niet tijdig informeert, kan u een sanctie worden opgelegd. Bijvoorbeeld een waarschuwing, maar ook een korting of terugvordering van uw uitkering. Tegen een dergelijke maatregel of sanctie kunt u bezwaar maken.

Terugvordering WW

Het komt vaak voor dat een uitkeringsgerechtigde het UWV niet tijdig informeert over extra inkomen, wat tot gevolg heeft dat er teveel WW wordt ontvangen. Overkomt u dit, dan dient u het te veel uitgekeerde bedrag terug te betalen en in de meeste gevallen krijgt u een boete opgelegd. Sinds 1 januari 2013 zijn deze boetes fors verhoogd. De boete is 50% van het bedrag dat u te veel ontvangen heeft.

Bezwaar

Tegen een besluit van het UWV, kunt u binnen zes weken bezwaar indienen. Alhoewel het niet verplicht is om een advocaat in te schakelen is dit wel verstandig. De wetgeving is complex en het is van belang dat bij bezwaar direct de juiste (juridische) argumenten worden aangedragen.

Beroep

Tegen een (afwijzende) beslissing van het UVW staat beroep open. Beroep wordt ingediend bij de bestuursrechter. De praktijk wijst uit dat beroep meer kans van slagen heeft, als er gelijk bij bezwaar een advocaat is ingeschakeld. Ook kan een advocaat inschatten of het wel zin heeft om (bezwaar of) beroep in te stellen.